Double Think en Zen

<Webwereld column>

Doublethink is een begrip dat door George Orwell geïntroduceerd is in zijn beroemde roman ‘1984’. Het is een mentaal mechanisme dat mensen in staat stelt oprecht en tegelijkertijd twee volkomen tegengestelde ideeën te geloven zonder die tegenstelling als problematisch te ervaren.

In de ruim tien jaar dat ik me in Nederland heb beziggehouden met opensource en open standaarden in de publieke sector ben ik heel wat geoefende doublethinkers tegen gekomen. Zo is mij gedurende al die jaren door ‘experts’ en insiders geduldig uitgelegd dat de migraties naar opensource desktops die de community  wilde onmogelijk waren omdat ambtenaren niet met andere platformen konden werken. Non-techies iets anders geven dan de Windows+Office desktop waarop ze getraind waren in het Nederlands onderwijs zou tot rampen leiden. Het Kon Echt Niet.

De stelligheid waarmee dit (tot op de dag van vandaag) op allerlei plekken als tegeltjeswijsheid gezegd wordt heeft mij altijd verbaasd. Eerder was Nederland namelijk van WP5.2 op DOS naar Word6 op Windows gemigreerd en toen is de Aarde toch ook echt gewoon blijven draaien, gingen kinderen naar school en kwam er water uit de kraan.

De diverse migraties, de meeste buiten Nederland, laten inmiddels ook zien dat gewone eindgebruikers prima hun werk kunnen doen met alternatieve platformen, mits ze daar even wat uitleg en ondersteuning bij krijgen (iets dat men trouwens ook volkomen normaal vindt bij de migratie naar nieuwe releases van de gebruikelijke proprietary systemen).

Dezelfde mensen die jaren lang met grote stelligheid beweerden dat ‘Het Echt Niet Kon’ zijn inmiddels druk bezig om heel trots iPads uit te rollen naar allerlei managers en directeuren die daar om allerlei redenen om vragen, of ze zelf meenemen. Kennelijk is de adoptie van een totaal ander platform, met een totaal andere interface, helemaal niet zo problematisch als al die jaren is gesteld. Huh?

De klassieke ‘Rijkswerkplek’ bloedgroep aangevoerd door IT hoofden van ministeries, gemeenten en gesteund door Microsoft, Pinkroccade en Centric, wilde jaren lang heel Nederland ‘standaardiseren‘ op proprietary tools. Het beheer daarvan dan zou dan gedaan worden door de Nederlandse businesspartners van Microsoft. Indien gevraagd waarom zo’n kwetsbare en peperdure monocultuur noodzakelijk is roept men: ‘samenwerken!’. Want ‘samenwerken’ kan volgens deze mensen alleen als iedereen met exact dezelfde spullen werkt (nevermind dat op internet miljoenen mensen samen dingen doen met zeer verschillende tools). En die spullen moeten aansluiten bij wat mensen al kennen want iets nieuws leren is tenslotte ‘niet realistisch’.

De Web2.0 bloedgroep wil alles in ‘de cloud’ zodat ze met iPads vanuit de Starbucks kunnen ‘samenwerken’ met collega’s en consumenten-burgers-ondernemers. Dat dit de controle over de informatievoorziening van de staat in handen legt van oncontroleerbare private en buitenlandse partijen is geen onderdeel van de discussie. ‘We moeten met de modernste tools kunnen werken!’ Gevraagd wat men dan concreet zou willen doen blijft het antwoord vrijwel altijd schuldig of wordt er wat gemompeld over experimenten en het belang van ‘samenwerken’.

Beide bovenstaande bloedgroepen worden door elkaar en na elkaar geprogrammeerd op ‘e-government’ congressen en andere feesten zonder dat iemand deze tegenstellingen lijkt waar te nemen. Het is Doublethink in z’n ultieme vorm: het tegelijkertijd geloven van twee tegengestelde ideeën zonder een conflict te ervaren. van 11:00 tot 11:30 geloven dat een Microsoft monocultuur een noodzakelijke randvoorwaarde is om ambtenaren ‘te laten samenwerken’ en dan van 13:30 tot 14:00 met evenveel gemak geloven dat hippe 2.0 ambtenaren gewoon met hun privé aangekochte iPad, geautoriseerd via LinkedIn, op het Rijks-intranet moeten kunnen zodat ze eindelijk kunnen ‘samenwerken’ met andere ambtenaren. En niemand wijst naar de kleren-loze keizer en stelt vast dat minstens één van deze twee verhalen onzin moeten zijn (en waarschijnlijk beide).

Ondanks al deze focus op samenwerken zitten overheidsorganisaties elkaar regelmatig dwars, werken langs elkaar heen, vinden wielen 300 keer opnieuw uit of wijzen naar elkaar als er dingen fout gaan. Van zoveel surrealisme kunnen zelfs Caligula en G.W. Bush nog wat leren.

Opensource vs proprietary in de overheid is slechts één van de voorbeelden waar sluwe verkopers van dubieuze bedrijven kennelijk veel gewenster zijn dan personen met aantoonbare expertise. Ook bij het EPD, stemcomputers, de OV-chip en de beveiliging van haar eigen systemen kiest de overheid actief voor liegende en bedriegende verkopers en/of incompetente ambtenaren ten gunste van belangeloze burgers en academici met aantoonbare top expertise.

Na lektober en het Diginotar drama leek het er even op dat er wellicht een lampje was aangegaan maar inmiddels is duidelijk dat men problemen oplost door ze als onveranderbare werkelijkheid weg te definiëren. Met de logica van ‘het-is-nu-eenmaal-zo-dat’ is jarenlang iedere beweging naar grotere leveranciersonafhankelijkheid en diversiteit van systemen tegengehouden. Nu wordt dezelfde logica gebruikt als excuus bij het falen rond beveiliging. Het is een beetje alsof brandveiligheid wordt gerealiseerd door te roepen dat niet alle gebouwen in brand staan en de brandweerauto’s er bovendien met 130Km/u naar toe mogen rijden. ‘We reageren dus heel snel!’. Preventie wordt gezien als lastig en bovendien: ‘het-is-nu-eenmaal-zo dat je het nooit veilig krijgt’.

Ondanks deze meest recente knieval voor buitenlandse spionage diensten en criminelen gaan talloze megalomane IT-projecten gewoon door. De burger moet de overheid dus wel vertrouwen met allerlei intieme gegevens ondanks het feit dat die overheid zelf toegeeft niet in staat te zijn deze adequaat te beveiligen. Als uitvoerende van zo’n project moet je Doublethink wel tot een permanente mentale toestand hebben gemaakt om niet in ernstige gewetensnood te komen.

Ooit was er een overheid in Nederland die de Deltawerken bouwde en er voor zorgde dat Nederland in de top-2/3 van de wereld meedraaide op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs, sociale zekerheid, veiligheid, democratie en transparantie van bestuur. Alleen Zweden en Denemarken deden het soms beter.

Vandaag de dag voelt het alsof de Nederlandse overheid zichzelf aan het opheffen is. Kan niks, wil niks, doet niks. Wellicht moeten wij er als burgers ook zo tegenaan kijken. Geef ze niks, vraag ze niks, verwacht niks. Het Zenboeddhisme van de burger-overheids relatie. Happiness is low expectations!